Inventaris
Het verzekerde bedrag voor de inventaris wordt geacht te zijn gebaseerd op de nieuwwaarde daarvan.
Schadevergoeding geschiedt in beginsel ook op basis van de nieuwwaarde. Blijkt dat op het moment van schade de dagwaarde minder is dan 40% van de nieuwwaarde? Of wordt niet geherinvesteerd? Dan vindt de schadevergoeding plaats op basis van dagwaarde.
Goederen
Het verzekerde bedrag voor goederen (de handelsvoorraad) wordt geacht te zijn gebaseerd op de inkoopwaarde daarvan.
In geval van schade wordt niet meer vergoed dan die inkoopwaarde. Is er sprake van verkochte doch nog niet geleverde goederen, die nog voor uw rekening en risico zijn? Dan geldt de verkoopprijs als uitgangspunt.
Gebouw
Het verzekerde bedrag voor het gebouw (de opstal) wordt geacht te zijn gebaseerd op de herbouwwaarde daarvan.
Schadevergoeding vindt in beginsel plaats op basis van herstelkosten of het verschil tussen de (herbouw)waarde van het gebouw onmiddellijk vóór en onmiddellijk na de schade. Stond het gebouw te koop? Of stond het langdurig leeg of was het buiten gebruik? Dan wordt als waarde vóór de schade niet de herbouwwaarde aangehouden, maar de verkoopwaarde. Was het gebouw bestemd voor afbraak of onteigening? Dan geldt de sloopwaarde als uitgangspunt.
eigenaarsbelang
Ook voor eigenaarsbelang geldt dat het verzekerde bedrag wordt geacht te zijn gebaseerd op de herbouwwaarde daarvan. En dat schadevergoeding in beginsel plaatsvindt op basis van herstelkosten of het verschil tussen de (herbouw)waarde van het eigenaarsbelang onmiddellijk vóór en onmiddellijk na de schade.
Huurdersbelang
Het verzekerde bedrag voor huurdersbelang wordt geacht te zijn gebaseerd op de vervangingswaarde daarvan. Dat is het bedrag dat nodig is voor het verkrijgen van huurdersbelang met dezelfde of vergelijkbare technische specificaties inzake soort, kwaliteit, hoeveelheid, staat en ouderdom als het verzekerde huurdersbelang. Bestaat er geen vervangingsmarkt? Dan wordt uitgegaan van de nieuwwaarde onder aftrek van een bedrag voor technische en/of economische veroudering.
Schadevergoeding vindt plaats op basis van herstelkosten of het verschil tussen de (vervangings)waarde van het huurdersbelang onmiddellijk vóór en onmiddellijk na de schade.
Aannemersmateriaal/gereedschappen
Het verzekerde bedrag voor wordt geacht te zijn gebaseerd op het bedrag dat nodig is voor het verkrijgen van naar soort, kwaliteit, hoeveelheid en ouderdom gelijkwaardig materiaal.
Schadevergoeding vindt plaats op basis van herstelkosten of het verschil tussen de (vervangings)waarde van het materiaal onmiddellijk vóór en onmiddellijk na de schade. Kunt u de originele aankoopnota(‘s) overleggen? Dan geldt in veel gevallen een vaste afschrijving: 20% in het eerste jaar en 15% in zowel het tweede als derde jaar.
Onderverzekering
Er is sprake van onderverzekering als het verzekerde bedrag lager is dan de werkelijke waarde. Met werkelijke waarde wordt bedoeld de hierboven omschreven nieuwwaarde, herbouwwaarde of vervangingswaarde.
Aansprakelijkheidsverzekeringen kennen geen onderverzekering. Wel is de kans aanwezig dat het verzekerde bedrag te laag blijkt. Aansprakelijkheid is – uitzonderingen daargelaten – onbegrensd. “The sky is the limit” wordt er wel gezegd.
Het verzekerde bedrag op een aansprakelijkheidsverzekering is in principe vrij te kiezen. Wij adviseren bij een bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering altijd een minimum van € 2.500.000. Waarom? U behoeft een passende dekking ter compensatie van schade die aan derden wordt toegebracht. Maar ook ter bescherming van uw bedrijfsvermogen. En om de continuïteit van het bedrijf te waarborgen.
Het kan ook u overkomen
De cafébrand in Volendam, de legionellabesmetting op de West-Friese Flora en de vuurwerkramp in Enschede. Zo maar drie tot de verbeelding sprekende voorbeelden van ongevallen in Nederland waarbij de aansprakelijkheidsclaims vele malen hoger waren dan het verzekerde bedrag.
Dit soort gebeurtenissen komt toch alleen voor bij heel grote ondernemingen? Of bij ondernemingen met zeer risicovolle activiteiten? Niets is minder waar. In alle drie de gevallen was sprake van een kleine ondernemer. Uit ervaring weten ook wij dat grote claims overal voorkomen. Dus ook bij kleine en middelgrote ondernemers. En zelfs bij ondernemers met ogenschijnlijk minder risicovolle activiteiten. Iedere ondernemer kan vroeg of laat met een grote claim worden geconfronteerd.
Alsmaar hoger
Er wordt niet alleen vaker geclaimd, ook de hoogte van claims neemt toe. Een (bedrijfs)ongeluk kan voor iemand grote psychische, lichamelijke en financiële consequenties hebben. De inkrimping van het sociale vangnet heeft ook gevolgen. Zo kan algehele blijvende invaliditeit leiden tot een claim van meer dan een miljoen euro. Per persoon welteverstaan.
Verricht u brandgevaarlijke werkzaamheden? Dan kan een schade zelfs in de miljoenen lopen. Denk hierbij niet alleen aan open vuur. Ook het gebruik van een föhn om verf af te branden kan tot een grote schade leiden.